Bonen en erwten zijn relatief eenvoudig te kweken, waardoor ze een goede keuze zijn voor een beginnende tuinier of een nieuw tuinperceel. Er zijn tal van variëteiten van elk, van klimsperziebonen tot zoete sugar snaps. Begin uw planten vanaf zaad door ze in de grond te planten waar u ze wilt laten groeien, aangezien peulvruchten niet graag worden getransplanteerd. Bonen en erwten zijn vatbaar voor een aantal ziekten, maar matig water geven en het gebladerte droog houden kan ervoor zorgen dat uw planten gezond blijven. Met een beetje zorg heb je binnen een paar maanden een oogst van heerlijke, malse groenten!
Stappen
Deel 1 van 3: De plantplaats voorbereiden
Stap 1. Kies een plek die minimaal 6 tot 8 uur zonlicht krijgt
Bonen en de meeste erwten geven de voorkeur aan volle zon. Observeer uw tuin gedurende de dag en noteer welke gebieden goed zonlicht krijgen. Aangezien de zon in de middag intens kan zijn, ga je voor een plek die 's ochtends veel licht krijgt, maar later op de dag gedeeltelijk in de schaduw staat.
Sommige erwten doen het goed in de halfschaduw, of 4 tot 6 uur zon. Als je zaden gaat kopen, controleer dan de lichtvoorkeuren van de plant op het etiket van de verpakking
Stap 2. Bewerk de grond tot een diepte van 20 tot 25 cm
Gebruik een schoffel of tuinschop om in de grond te graven en deze om te keren. Geef de grond vooraf licht water om het bewerken te vergemakkelijken. Draai alle grond om in het gebied waar u uw groenten wilt planten.
- Bonen en erwten gedijen goed in goed doorlatende grond. Als je een dichte grond hebt, voeg dan ten minste 4,5 tot 6,8 kg zand of oude mest en compost toe als je gaat bewerken.
- Probeer een ondiep gat te graven en geef het dan ongeveer een minuut water met je tuinslang. Als het water in een plas zit en niet echt wegloopt, moet je het aanpassen met organisch materiaal of zand. Je kunt ook een handvol aarde oppakken en er een bal van maken. Als het een compacte vorm heeft en niet veel afbrokkelt, is je grond dicht.
Stap 3. Voeg ongeveer 5 lb (2,3 kg) meststof met weinig of geen stikstof toe
Controleer de 3 NPK-nummers van een meststof. Kies er een met 0 of 1 als eerste cijfer en hoge tweede en derde cijfers, zoals 0-10-10. Verspreid de meststof over uw plantgebied en meng het vervolgens in de grond.
- De 3 NPK-nummers verwijzen naar het stikstof- (N), fosfor (P) en kalium (K) gehalte van een meststof. Een zak meststof 0-10-10 is 10% fosfor en 10% kalium; de rest is substraat of vulmiddel.
- Bonen en erwten hebben niet veel kunstmest nodig en kunnen stikstof uit de lucht opnemen. Frequente of zware toepassingen zullen leiden tot overvloedig gebladerte, maar minder peulen.
Stap 4. Verzuur je grond als de pH hoger is dan 6,5
Om de pH te testen, mengt u elk 1 deel aarde en gedestilleerd water, steekt u een teststrip 20 tot 30 seconden in het mengsel en vergelijkt u de kleur van de strip met de kleursleutel van de kit. Bonen en erwten hebben lichtzure grond nodig; streef naar een pH van 6,0 tot 6,5. Als de pH van uw grond hoger is dan 6,5, voeg dan een zuurteregelaar toe, zoals zwavel of aluminiumsulfaat.
- Zoek verzurende middelen en andere bodemverbeteraars in een tuincentrum. Lees de instructies en strooi de gespecificeerde hoeveelheid om uw doel-pH te bereiken. Als vuistregel strooi je 110 tot 230 g zwavel per vierkante meter of meter, hark of schoffel het dan in de grond.
- Als je grond te zuur is, voeg dan een alkalisch middel toe, zoals kalk.
- Het is het beste om de pH van uw grond te testen en aan te passen tijdens warm weer. Bovendien moet u ten minste 3 maanden voor het planten een zuurteregelaar aan uw grond toevoegen om ervoor te zorgen dat deze tijd heeft om in te werken.
Deel 2 van 3: Bonen- en erwtenzaden planten
Stap 1. Koop zaden bij uw plaatselijke tuincentrum
Er is een grote verscheidenheid aan bonen en erwten, en ze vallen losjes in 2 categorieën. Klim- of poolbonen en erwten zijn wijnstokken die minstens 1,5 tot 1,8 m hoog kunnen worden, en ze moeten van een tralie worden voorzien. Bush-bonen en erwten worden niet zo groot, dus ze hebben geen extra ondersteuning nodig.
- Sperziebonen, limabonen en droge bonen (zoals bruine bonen) zijn veelvoorkomende keuzes bij tuinders. Veel soorten bonen, zoals sperziebonen, zijn er in zowel pool- als struikvariëteiten.
- Veel voorkomende erwten zijn Engelse erwten, sneeuw- of suikererwten en sugar snaps. Net als bonen zijn veel erwten verkrijgbaar in zowel struik- als klimvariëteiten.
- Als je geen extra moeite wilt doen om een trellis of paal te installeren en te bouwen, kies dan voor een struikvariëteit. Aan de andere kant kunnen klimplanten een goede keuze zijn als je het uiterlijk van een met wijnranken bedekt latwerk leuk vindt, of als je tuin tegen een hoge structuur aanloopt, zoals een hek.
- Bonen en erwten hebben delicate wortels en verdragen geen transplantatie. Om deze reden kun je ze het beste rechtstreeks in de tuin uit zaad laten groeien.
Stap 2. Zaai je zaden zodra de dreiging van vorst voorbij is
Zorg er voor het planten voor dat de bodemtemperatuur hoger is dan 60 ° F (16 ° C). De meest nauwkeurige manier om de bodemtemperatuur te testen, is met een bodemthermometer, een goedkoop hulpmiddel dat in de meeste tuincentra verkrijgbaar is. Steek de thermometer ongeveer 3 tot 4 inch (7,6 tot 10,2 cm) in de grond om een meting te doen.
- U kunt ook de gemiddelde luchttemperatuur gebruiken om de bodemtemperatuur te schatten. Om een gemiddelde luchttemperatuur te vinden, tel je de hoge en lage temperaturen van een dag bij elkaar op en deel je deze door 2. Zoek de gemiddelde luchttemperatuur van de afgelopen 3 dagen. De bodemtemperatuur moet ongeveer gelijk zijn aan dat aantal. Met deze strategie kunt u voorspelde temperaturen gebruiken en voorspellen wanneer de grond warm genoeg is om te planten.
- Over het algemeen is de beste tijd om te plannen halverwege de lente, of half mei voor gematigde klimaten op het noordelijk halfrond.
- Overweeg om uw aanplant te spreiden als u van plan bent veel planten te kweken. Plant bijvoorbeeld de ene week 5, een paar weken later nog eens 5 en een paar weken daarna nog eens 5. U spreidt uw oogst uit in plaats van in één keer overweldigd te worden door een grote oogst.
Stap 3. Breng Rhizobia-bacteriën aan op de zaden voor gezondere planten
Rhizobia-bacteriën helpen erwten en bonen stikstof te absorberen, en het is gebruikelijk om ze op zaden toe te passen. Open je zaadverpakking of doe je zaden over in een plastic zak. Besproei de zaden licht met water, giet het pakje Rhizobia-bacteriën in de zak en schud het om ervoor te zorgen dat alle zaden bedekt zijn.
- Je vindt Rhizobia-bacteriën online en bij tuincentra.
- Rhizobia is een bacterie van de bodem en het bindt stikstof door een symbiotische relatie te vormen met de peulvruchten.
Stap 4. Plant de zaden 1 op 1 1⁄2 in (2,5 tot 3,8 cm) diep en 2 tot 6 in (5,1 tot 15,2 cm) uit elkaar.
Duw je vinger in de grond, trek hem eruit en plaats een zaadje in het gat. Plant je zaden in rijen; als u meerdere rijen heeft, laat dan ongeveer 0,61 tot 0,91 m tussen de rijen. Controleer de verpakking van je zaden voor de specifieke ruimtevereisten van die plant.
- In het algemeen, ruimte bush bonen ongeveer 2 tot 4 inch (5,1 tot 10,2 cm) uit elkaar.
- Spacepoolboonzaden ongeveer 4 tot 6 inch (10 tot 15 cm) van elkaar.
- Plant erwtenzaden 3 in (7,6 cm) uit elkaar.
Stap 5. Zorg voor een steun voor stokbonen en hoge erwten
Klimvariëteiten hebben de steun van palen, bonentipi's, hekjes of een gezicht nodig. Steek afzonderlijke 1,8 m lange bonenstokken in de grond bij elk zaaigat, of bind bamboestokken aan elkaar om tipi's te maken.
- Bedek de geplante zaden niet met aarde totdat je de steunen hebt toegevoegd. De gaten helpen u bij te houden waar u de steunen moet plaatsen.
- Omdat bonen en erwten gevoelige wortels hebben, moet je steunen maken wanneer je de zaden plant. Als u dit doet nadat ze zijn ontkiemd, kunt u uw planten verwonden.
- Als je een latwerk gebruikt, zorg er dan voor dat het zonlicht niet blokkeert om de geplante zaden te bereiken.
Stap 6. Bedek de zaden en verstevig de grond met je hand
Vul de gaten en druk voorzichtig op de grond waar je elk zaadje hebt geplant. Je wilt de grond niet inpakken; dep het gewoon met je hand naar beneden om kieming aan te moedigen.
Goed contact met de grond helpt het zaad te beschermen en stimuleert het om te ontkiemen
Stap 7. Geef uw tuin licht water na het planten van de zaden
Na het afdekken van de gaten en het verstevigen van de grond, geef je de plantplaats net genoeg water om de grond vochtig te maken. U moet de grond vochtig houden, maar deze mag niet drassig zijn. Controleer dagelijks het vochtgehalte van uw grond en voorkom dat deze uitdroogt.
- Omdat te veel vocht ontkieming ontmoedigt, moet u de grond gewoon vochtig maken en geen water geven voordat u gaat planten, zoals bij andere soorten planten. Vermijd bovendien het planten van bonen- en erwtenzaden direct na zware regenval.
- Afhankelijk van het soort bonen of erwten dat je hebt geplant, verwacht je dat de eerste spruiten binnen 1 tot 2 weken verschijnen.
Deel 3 van 3: Zorg voor je tuin
Stap 1. Geef uw tuin minimaal 2 tot 3 keer per week water om de grond vochtig te houden
Om de grond te testen, duw je je vinger in de grond. Als de grond droog aanvoelt en niet aan je vinger plakt, is het tijd om je planten water te geven. Vergeet niet dat de grond niet drassig mag zijn. Bonen en erwten houden van constant vocht, of ongeveer 2,5 cm per week.
- Geef het plantgebied water met een lichte spray om verwonding van zaailingen te voorkomen. Als de planten volwassen worden, probeer dan direct in de grond water te geven om te voorkomen dat de bladeren nat worden. Natte bladeren kunnen ziekten bevorderen.
- De beste manier om ziekte te voorkomen, is door het gebladerte van uw planten zo droog mogelijk te houden. Geef eerder op de dag water zodat de zon al het vocht op de bladeren kan drogen en snoei geen bladeren of oogst peulen als je planten nat zijn.
Stap 2. Bind de spruiten aan hun steunen als ze 2 tot 4 inch (5,1 tot 10,2 cm) lang zijn
Zodra de zaailingen te groot zijn om rechtop te staan, bindt u ze voorzichtig aan de steun met tuintouw. Terwijl ze groeien, bindt u de wijnstokken aan de steun in intervallen van 1 ft (30 cm).
- Als alternatief, als u een latwerk of hek gebruikt, kunt u de wijnstokken in de rails weven terwijl ze groeien.
- Als je de wijnstokken laat omvallen, kunnen ze gaan rotten of in de knoop raken.
- De meeste bonen- en erwtensoorten hebben geen moeite om een steun te beklimmen nadat ze zijn begonnen.
Stap 3. Oogst erwtenscheuten, of de bovenste onrijpe bladeren, indien gewenst
Malse erwtenscheuten zijn heerlijk en kunnen rauw of gekookt worden gegeten. Wanneer uw erwtenplanten 10 tot 15 cm hoog zijn, snijdt u de bovenste 2 sets bladeren af met schone handsnoeischaren.
- Probeer je geoogste erwtenscheuten ongeveer 1 minuut te sauteren met een eetlepel olijfolie, een snufje zout en een scheutje citroensap.
- Niet alleen zijn scheuten goed om te eten, het snoeien van je erwtenplanten stimuleert ook de verdere groei.
Stap 4. Ongedierte met de hand verwijderen of indien nodig een insecticide gebruiken
Controleer uw planten regelmatig op insectenlarven, kevers, slakken en ander ongedierte. Als je er hier en daar maar een paar vindt, pluk ze dan gewoon van je planten. Gebruik voor het besmetten van insecten, zoals bladluizen, een insecticide dat is gelabeld voor het type plaag.
- Lees de instructies van uw product en gebruik het zoals aangegeven. Als u het gebruik van chemicaliën wilt vermijden, spoel dan besmette insecten weg met een scherpe, gestage stroom water uit uw slang. Zorg ervoor dat de stroom niet zo hard is dat het je planten zal verwonden. Vergeet niet om ongedierte 's ochtends weg te spoelen om ziekte te voorkomen.
- Om bladluizen te bestrijden, kunt u ook online lieveheersbeestjes bestellen en in uw tuin introduceren. Ze eten de bladluizen, maar laat je planten met rust. Houd er rekening mee dat je misschien een seizoen of twee moet wachten voordat je veranderingen ziet.
Stap 5. Breng stikstofvrije mest aan wanneer uw planten bloeien
Bloemen zouden een paar weken nadat je zaailingen zijn ontkiemd moeten verschijnen. Gebruik een meststof met langzame afgifte die geen stikstof bevat om je planten een kleine boost te geven. Peulvruchten hebben niet veel kunstmest nodig, maar een lichte toepassing nadat ze veel energie hebben gebruikt om te bloeien, kan hun groei helpen ondersteunen.
- Als u pellets met langzame afgifte gebruikt, meng dan voorzichtig ongeveer een eetlepel in de grond rond elke plant. U kunt ook een vloeibare meststof verdunnen en deze met uw slang aanbrengen.
- Omdat bonen en erwten stikstof uit de lucht kunnen halen, moet u geen stikstofmest gebruiken. Te veel stikstof leidt tot minder peulen.
Stap 6. Oogst de peulen als ze knapperig, stevig maar nog onrijp zijn
Afhankelijk van de variëteit zou je ongeveer 2 maanden na ontkieming je eerste oogst moeten hebben. Voor peulvruchten met eetbare peulen, zoals sugar snaps en sperziebonen, is het het beste om de peulen te plukken voordat de zaden binnenin volledig zijn ontwikkeld. De peul moet knapperig, stevig en zacht zijn en de zaadjes binnenin moeten klein en onrijp zijn.
- Erwten en droge bonen, zoals bruine bonen, moeten worden bewaard totdat de zaden volledig zijn ontwikkeld. Ze zijn klaar om te oogsten wanneer de peul gemakkelijk opent.
- Vermijd het oogsten van peulen terwijl de plant nat is. Wacht tot de ochtenddauw is verdampt om peulen te plukken en geef ze geen water vlak voor het oogsten.
Stap 7. Laat aan het einde van het groeiseizoen een paar peulen volledig rijpen
Laat enkele van de peulen rijpen totdat ze bijna klaar zijn om er op natuurlijke wijze af te vallen. Open ze en verzamel de zaden, bewaar de zaden vervolgens op een koele, droge plaats tot het volgende voorjaar.
Begin het proces helemaal opnieuw en herplant volgend jaar een bonen- en erwtentuin! Natte zaden zullen bederven, dus was de zaden niet voordat u ze bewaart. Kies voor het beste resultaat een andere plek in uw tuin voor de oogst van volgend jaar
Tips
- Inspecteer uw planten regelmatig op witte pluisjes, verkleurde vlekken en andere ziekteverschijnselen. Als een tak is aangetast, knip hem dan af, gooi hem weg en was het nabijgelegen gebladerte met zeep die voor planten is geëtiketteerd. Als er overal pluis of schimmel op een plant zit, trek de plant dan omhoog en gooi hem weg.
- Voor eetbare peulvruchten geldt: hoe meer peulen u plukt en hoe eerder u ze plukt, hoe groter uw opbrengst zal zijn.
- Het juiste moment om peulen te plukken, hangt af van de soort, dus kijk online of lees de zaadpakketten om erachter te komen wanneer je moet oogsten voor jouw specifieke variëteiten.
- Kweek geen bonen 2 jaar achter elkaar op dezelfde plek. Roteer de gewassen elk jaar om uitputting van de grond en ziekte te voorkomen.
